Nu het door het coronavirus veiliger is om met de auto in eigen land op vakantie te gaan, rest de vraag: waar dan? Wel, de Waddeneilanden zijn anno nu voor Nederlanders de meest geliefde vakantieplek. En niet alleen bij Nederlanders, want sinds reisorganisatie Lonely Planet de eilanden heeft ontdekt komen ook steeds meer buitenlanders naar het Waddengebied. Vooral Texel zit in de zomer bomvol.

Op dit eiland is ook van alles te doen, zoals veel Noord-Hollanders wel weten. Denk aan het bekijken van zeehonden en bruinvissen bekijken bij Ecomare en daarna ‘aanzitten’ bij Paal 17 om de smaakpapillen te verwennen met lamsvlees van echte Texelse schapen (beroemd om de kwaliteit van het vlees)…  Voor wie zeehonden in het wild wil zien: stap in de haven van Oudeschild op de boot en sluit de middag af met een maaltijd in de sfeervolle havenkom.  Een andere smaakvolle tip is bier proeven in de brouwerij van de Texelse Skuumkoppe. Verder kun je in Den Burg en De Koog uitgebreid winkelen, beide dorpen en vooral De Koog lenen zich ook voor een gezellig avondje uit.

Texel kent verder een gevarieerde natuur met bos, heide en duinen, maar niets haalt het toch bij de kwelders van De Slufter. Een bezoek aan dat unieke natuurgebied kun je combineren met een bezoek aan De Cocksdorp met zijn iconische vuurtoren.

Vlieland is een romantisch eiland: op Vlieland heb je even buiten het dorp het strand nog helemaal voor jezelf en je partner. Wel een puntje van aandacht: je auto moet je in Harlingen laten staan. Terschelling heeft een ander karakter. Het staat bij de jeugd bekend als party-eiland, maar West-Terschelling met zijn natuurlijke havenkom, winkelmogelijkheden en de bekende vuurtoren Brandaris biedt ook voor veel voor diegenen die afstand hebben gedaan van hun wilde haren. Natuurliefhebbers kunnen hun hart op Terschelling ophalen in het natuurreservaat De Boschplaat met zijn befaamde kwelders.

Ameland kent vier dorpen, Hollum, Nes, Buren en Ballum alsmede de buurtschappen Kooiplaats en Ballumerbocht. Elk van de dorpen is eeuwenoud en dat is nog steeds te zien in het aanzicht: alle vier de plaatsen kennen diverse rijksmonumenten. De historie van Ameland kun je anno 2017 terugzien in de diverse musea die het eiland rijk is. Denk aan het Cultuurhistorisch Museum Sorgdrager, het Landbouw- Juttersmuseum Swartwoude of het Brandspuithuuske (bergplaats voor brandspuiten uit rond 1913). Of proeven in de vele Amelander producten, afkomstig van en bereid op het eiland zelf. Het aanbod varieert van roggebrood tot schapenkaas en van lamsvlees tot kwark en yoghurt. Ameland heeft ook een geheel eigen cultuur, daar wordt anno nu nog steeds deels een dialect gesproken dat een mix is van Gronings en Fries. Overigens, voor wie op de boot stapt naar het eiland: op de pier zit een lekker eettentje (Land en Zeezicht, zie landenzeezicht.nl)

Ameland bruist ook van beleving. Er zijn duin- en bosexcursies en ecosafari’s. Daarnaast kun je ook het water op middels boottochten, wadexcursies of een zogeheten natuurbelevingstocht op de Waddenzee. Verder kun je bij slecht weer in het Natuurcentrum toch het eiland zien en proeven. Daarnaast is er genoeg te zien op het eiland. Denk aan de ruim honderd jaar koren- en mosterdmolen De Verwachting waar nog meel en mosterd worden geproduceerd. Of het MSA Modelspoor: een miniatuur droomwereld van treinen, auto’s, huisjes, landschappen en uiteraard hun miniatuurbewoners op een oppervlakte van liefst 350 vierkante meter.

Schiermonnikoog tenslotte heeft een hele andere uitstraling. Dit is het eiland van de rust, gesymboliseerd door het iconische hotel Van der Werff waar de tijd stil lijkt te hebben gestaan. Ook hier kun je, net als op Vlieland, de auto niet meenemen. Die moe